door Peter boel
 
Na de tweede KNSB-ronde ging het tussen twee aanvalspartijen, door Daniel Fridman en Machteld van Foreest. De jongste telg van de illustere schaakfamilie won de prijs omdat de jury de ‘middenfase’ van de partij tussen Fridman en Tex de Wit nogal rommelig vond. Daarentegen kende de partij van de fanatiek aanvallende Machteld slechts één klein smetje. Zij gaat dus aan de haal met het New In Chess-boek The Unstoppable American van Jan Timman.
Het slachtoffer van Machteld’s aanvalsdrift was collega-schaakschrijver Richard Vedder, die lang standhield maar tenslotte ook toeliet dat hij mat werd gezet.
“Een aanval in de stijl van de oude meesters in de 19e eeuw, al was het toen in het Spaans en niet in het Italiaans” schreef Ree. En Grooten: “Als we uit de Italiaanse Opening deze aanvalsstelling kunnen krijgen, ga ik ook 1.e4 spelen.” En dat wil wat zeggen!
Machteld van Foreest – Richard Vedder
1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lc4 Lc5 4.c3 Pf6 5.d3 a6 6.Lb3 La7 7.h3 d6 8.Pbd2 0–0 9.Pf1 h6

10.g4
Vroeger zette wit dan het paard op g3 (of e3), maar tegenwoordig is deze brutale opstoot schering en inslag. Vedder antwoordt thematisch met een tegenstoot in het centrum:
10…d5 11.De2 dxe4 12.dxe4 Le6 13.Lc2
De engine wil hier al op e6 slaan, gevolgd door 13.g5. Dat ziet er ook wel logisch uit. Machteld wil eerst verder ontwikkelen.
13…Ph7
Vangt g4-g5 op, maar zwart kan niet verhinderen dat er een wit monster op f5 komt.
14.Ld2 De7 15.Pg3 Tad8 16.Pf5 Lxf5 17.gxf5 Pf6 18.0–0–0
Nu begint het al te lopen ‘als een trein’, zoals Grooten schreef. Wat heeft zwart eigenlijk fout gedaan? Misschien moest hij hier tegenspel zoeken met 18…b5 en eventueel …Pa5 en/of …Dc5. Maar het lijkt erop dat wit toch sneller is.
18…Kh7 19.Tdg1 Td6 20.Tg2 Tfd8 21.Thg1 Pe8

22.Kb1
Grooten: “22.Lg5! lijkt hier al een winststelling op te leveren: 22…f6 (22…hxg5 23.Pxg5+ Kg8 24.Lb3 Tf6 25.Dh5 Th6 26.Dxf7+ Dxf7 27.Pxf7; nog een belangrijke variant is 22…Pf6 23.Lh4! Tg8 24.Ph2 Df8 25.Lxf6 Txf6 26.Dh5 en de druk is zo sterk dat zwart ‘geruisloos’ ten onder gaat) 23.Lxh6! gxh6 24.Lb3 en tegen de dreiging 25.Lg8+ gevolgd door Ph4 valt niets meer te beginnen.”
22…b5 23.Lc1 b4

24.c4?!
Grooten: “Misschien is dit het enige smetje op de partij. Machteld sluit de diagonaal a2-g8 vrijwillig af maar herstelt dat op zet 27 door de pion te offeren.
Hier is 24.Lg5 (Ree) ook een dreun: 24…Pf6 25.Lxf6 Dxf6 26.Txg7+ Dxg7 27.Txg7+ Kxg7 28.cxb4 en wit staat ook duidelijk beter.
Stockfish 14 vindt nu 24.cxb4! het allersterkst. Na 24…Pxb4 25.Lb3 Pd3 is 26.Lg5 vrijwel winnend.”
24…Pd4
Grooten: “Hier viel 24…Lc5 te overwegen voor zwart.”
25.Pxd4 Lxd4 26.Dh5 Df8

27.c5!
Grooten: “Hoewel het voordeel objectief gezien enigszins geslonken is, toch een uitroepteken voor het idee!”
27…Lxc5 28.Lg5 Tb8
Grooten: “Hardnekkiger was 28…T8d7. Vooral niet 28…f6?? 29.Lxh6 gxh6 30.Tg8 Dxg8 31.Txg8 Kxg8 32.Lb3+ en zwart loopt mat (of moet teveel materiaal inleveren).”
29.Lb3 g6?!

Grooten: “Zwart is zwaar in de problemen en gaat nu definitief door de knieën.
Na 29…Pf6 30.Dh4 Ld4 31.Lc1 Pe8 is wit er nog niet doorheen, maar het lijdt geen twijfel dat wit een manier zal vinden om verder te komen. Een poging: 32.Dh5 Tf6 33.Lg5 en als de toren wijkt valt f7.”
30.Le7!
Een elegante doorbraak.
30…Dxe7 31.fxg6+ fxg6 32.Txg6 Df8 33.Tg8
Grooten: “De engine geeft hier 33.Le6! als snellere winst. Tegen de dreiging Txh6+ en Df7+ is niets bestand.”
De tekstzet is de ‘humane’ manier om te winnen. Het zij opgemerkt dat de zwarte stukken op de damevleugel er volkomen machteloos bij staan.
33…Dxf2 34.Dxe5 Df6 35.Dxc5
Het materiële evenwicht is hersteld, maar de witte aanval duurt door en het is duidelijk dat de partij niet lang meer zal duren.
35…Tb5 36.e5
Machteld blijft in stijl spelen.
36…Txc5 37.exf6 Txf6 38.Txe8 Tf2 39.Te7+ Kh8 40.Tg8#
Een sportief gebaar van Vedder.
1-0
 
Dan een aanvalspartij van de doorgaans zo rustig spelende Lets/Duitse grootmeester Daniel Fridman. Ree: “Alweer een drieste opmars van de g-pion, en dan hebben we Bosboom nog niet eens gehad.” Jammer van de spoiler, maar erg verrassend is die toch al niet.
Fridman – De Wit
1.d4 Pf6 2.Pf3 d5 3.c4 e6 4.g3 Lb4+ 5.Pbd2 dxc4 6.Lg2 0–0 7.Dc2 a5 8.a3 Lxd2+ 9.Lxd2 b5 10.a4 c6 11.h4 Ta7

12.Pg5
Hier wordt de bajonetsteek listig voorbereid. Wit wil …h7-h6 uitlokken, waarna hij op h6 een ‘haakje’ heeft om aan te vallen. In Van Foreest-Vedder had zwart zelf al …h7-h6 gespeeld om Lg5 te verhinderen.
12…Te8 13.Td1 De7 14.0–0 h6 15.Pf3 Pd5
15…Pbd7 ziet er hier natuurlijker uit. De tekstzet lokt iets uit:
16.g4 Pd7 17.g5 hxg5
Hier had zwart volgens Grooten met 17…h5 moeten proberen de koningsstelling dicht te houden. 18.g6 heeft dan geen zin wegens 18…f5 en er komt een paard op f6 (en/of f8). Na 18.e4 houdt 18…Pb4 19.Db1 e5! de zaak gesloten.
18.hxg5 Pb4 19.De4 Lb7 20.Dg4

20…bxa4 21.Ta1
Een opmerkelijk intermezzo, volgens Grooten: “Zwart versplintert zijn pionnenfalanx vrijwillig en wit gaat eerst de pion terughalen!” Misschien is het kenmerkend voor de stijl van Fridman: die wil wel aanvallen, maar verbrandt niet graag alle schepen achter zich.
Het is ook niet duidelijk wat de beste manier voor wit is om te werk te gaan: 21.Dh5 of 21.Dh3, eventueel 21.Kh2 gevolgd door Th1, of ‘gewoon’ 21.Pe5 Pxe5 22.dxe5 en dan stutten met Lc3 en g5-g6 spelen. Alle opties zien er wel kansrijk, maar niet direct beslissend uit.
21…c5 22.Txa4 Lc6 23.Ta3
Daar staat die toren natuurlijk ook goed voor de aanval!
23…cxd4 24.Dxd4 Tc7?!
Geeft gratis de a-pion terug. Taaier was 24…Taa8 25.Dxc4 en wit staat iets beter.
25.Txa5 Lxf3 26.Lxf3 Pc6 27.Lxc6 Txc6 28.Kg2?!
28.De4 was iets handiger, want nu was 28…Td6! een stoorzender geweest.
28…e5?! 29.Dh4 f5?!
Met 29…Th6!? 30.Dg4 De6 (Grooten) kon zwart zich nog staande houden. Wit houdt wel een prettiger eindspel over na 31.Dxe6 Thxe6 32.Kf3! Td6 33.Lc3 gevolgd door Tf1-g1-g4. Geen pretje tegen Fridman, maar nu gaat het hard.
30.Th1 Kf7?
Beter was 30…Pf8 waarna 31.e4! de controle houdt.
31.Ta7 Tec8

32.Lb4!
Met een klein grapje (32…Dxb4? 33.Txd7+) wint wit beslissend terrein.
32…De8 33.Dh5+ g6 34.Dh7+ Ke6 35.e4
Ook 35.Txd7 Dxd7 36.Dxg6+ Kd5 37.Td1+ Ke4 38.Dh5! was beslissend, maar dan moet je dat laatste terugzetje wel even zien.
35…T8c7 36.exf5+ gxf5 37.Txc7 Txc7 38.Th6+
Moeilijk is het niet meer; Fridman speelt het onberispelijk uit.
38…Kd5 39.Td6+ Ke4 40.Dh4+ f4 41.Dh7+ 1-0
 
Kandidaat nummer drie was de volgende: een behoorlijk gestroomlijnde zege van Liam Vrolijk in de Najdorf Poisoned Pawn. Het oordeel van Grooten was: “Bij deze partij zie ik vooral hoe sterk de techniek van Vrolijk is.” Liam staat erom bekend dat hij van kleine voordeeltjes houdt, maar het is best opmerkelijk dat dat via een Vergiftigde Pion-Najdorf tot stand moet komen. Ook zijn theoretische kennis is wreed. Bij de analyses van de opening ga ik af op informatie die ik kreeg van René Olthof, die ook veel van deze opening weet en er regelmatig over heeft geschreven in de Yearbooks van New In Chess.
Vrolijk – Dambacher
1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pf6 5.Pc3 a6 6.Lg5 e6 7.f4 Db6 8.Dd2 Dxb2 9.Tb1 Da3 10.f5
10.e5 is nog steeds de hoofdvariant, die onder meer op het bord kwam in de partij Caruana-Vachier-Lagrave in het recente Kandidatentoernooi, waarin Caruana een sensationeel (maar ook niet winnend!) nieuwtje bracht op zet 18.
10…Pc6 11.fxe6 fxe6
11…Lxe6 is een bekend en goed alternatief.
12.Pxc6 bxc6 13.Le2
Ook hier is 13.e5 de hoofdvariant.
13…Le7

14.e5
Olthof noemt dit “een recente ontwikkeling uit het kamp van Anish Giri.” Bekender is 14.0–0 0–0 15.Tb3, dat vaak in remise eindigt na 15…Dc5+ 16.Le3 De5 17.Lf4 etc.
14…dxe5 15.Lxf6 Lxf6 16.Lh5+ g6
Ook 16…Ke7 schijnt hier speelbaar te zijn, bv. 17.Td1 (17.0–0? Dc5+ 18.Tf2 Td8 en hier heeft wit grote problemen, bv. 19.De1 e4! met stukwinst!) 17…Dc5 18.Pe4 Dd4! 19.De2 Db6 en vervelend genoeg kan wit hier ook niet rokeren.
17.0–0 0–0 18.Pe4 De7
Voor het eerst door Duda gespeeld. Ook Dambacher is prima op de hoogte. Karjakin deed nu 19.Lf3 in een Speed Chess-partij tegen de Poolse nummer één. Vrolijk heeft hier iets listigs gevonden:
19.Txf6 Txf6 20.Pxf6+ Dxf6

21.Dd6!
Een mooie truc, en verrassend. Als zwart op h5 slaat lijkt 22.Dxc6 sterk, maar dat levert niet meer dan gelijk spel op na 22…Lb7! en 23…Tf8. De winnende pointe is 22.Tf1! en de zwarte dame heeft geen goed veld!
Na 21.Lg4 De7 houdt wit genoeg druk voor de twee pionnen, maar niet meer dan dat.
21…Df7
Goed was 21…Ta7!, wat volgens Olthof’s analyse ook Dambacher’s eerste ingeving was. Na 22.Tb8 Tf7 23.h3 Kg7 (hier zijn verschillende volgordes mogelijk) 24.Txc8 gxh5 houdt zwart remise vanwege het eeuwig schaak over de f-lijn.
22.Lg4 Ld7 23.Tf1 De8
Beter was volgens Olthof 23…Dg7, bijvoorbeeld 24.Lxe6+ Lxe6 25.Dxe6+ Kh8 26.Dxc6 Td8 en zwart heeft nog een troef in de vrije e-pion als wit met 27.Dxa6 een pion voor komt in deze Vergiftigde Pion-variant! Wit heeft echter aardig wat alternatieven; zo is hier 27.De6! ook moeilijk te bestrijden, en op zet 24 is Td1 ook mogelijk. Geen pretje allemaal voor zwart.
24.Td1 Ta7 25.Tb1!
Uiterst irritant!
25…Lc8 26.Dxe5 h5 27.Lf3 Tb7 28.Txb7 Lxb7 29.Le4

Het verschil tussen een goede loper en een slechte, en dan heb ik het nog niet over de dames. Dit is niet te houden in een praktische partij.
29…Df7 30.Lxg6 Dxg6 31.Db8+ Kg7 32.Dxb7+ Kh6 33.Dxc6 Df6 34.Dc4 e5 35.a4 a5 36.De4!

Zo controleert de witte dame alles.
36…Dd6 37.h4 Dc5+ 38.Kh2 Df2 39.Kh3 Dc5 40.Kh2 Df2 41.c4 Dc5 42.Dd5 De3 43.De6+ Kg7 44.De7+ Kg6 45.De8+ Kf6
Verliest nog een pion, en er is geen eeuwig schaak. Na 45…Kh6 doet wit (liefst na nog een paar schaakjes) 46.Df8+ Kg6 47.c5 en boekt hij gestaag progressie.
46.Dxh5 Df4+ 47.Kh3 Dxc4 48.Dg5+ Kf7 49.Df5+
En opgegeven; nu komt zwart drie pionnen achter te staan. Bobby Fischer draait zich om in zijn IJslandse graf.
 
Ook Manuel Bosboom kwam weer in beeld, maar dit keer was zijn partij geen echte kandidaat – er ging teveel mis na een scherpe openingsbehandeling.
Geurink – Bosboom
1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.Lb5+ Ld7 4.Lxd7+ Dxd7 5.0–0 Pf6 6.De2 Pc6 7.Td1

De natuurlijke zet lijkt hier 7…g6, maar waarom zo slapjes?
7…g5!
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat deze zet al vaak is gespeeld.
8.c3
Slaan is niet onmogelijk, maar na 8.Pxg5 Pd4 9.Df1 (9.Dd3?? Dg4! verliest voor wit, bv. 10.Pf3 Tg8) 9…Pxc2 10.Dc4 Pxa1 11.Dxf7+ Kd8 12.d4 is het natuurlijk remise! Stockfish geeft tenminste 12…De8 13.De6 (13.Dc4 b5 14.De2 is nog wel een poging) 13…Dd7 14.Df7.
8…g4 9.Ph4 De6 10.d3 0–0–0 11.Lf4 Tg8 12.Pa3 Ph5 13.Lg3 Pxg3 14.fxg3

Een opmerkelijke manier van terugslaan. Net als in de Tweepaardenvariant van de Caro-Kann hoopt wit hiermee op spel over de f-lijn.
14…d5 15.Tf1 Lh6!
Manuel lonkt al naar de a7-g1 diagonaal!
16.Tae1 dxe4 17.Dxe4 Dxe4 18.Txe4
18.dxe4 Pe5 dekt f7, en zwarts activiteit is al moordend.
18…Txd3 19.Txf7 Le3+
19…Te3 20.Txe3 Lxe3+ 21.Kf1 Lc1 22.Txh7 Lxb2 (Grooten) geeft zwart een voordeeltje, maar Bosboom houdt liever een extra torenpaar op het bord om de witte koning aan te vallen. Objectief is het minder goed, maar houd je hoofd maar eens koel hier.
20.Kf1 Tgd8 21.Pc4! Td1+ 22.Ke2

22…b5!
Verhindert 23.Pxe3 wegens mat op d2. Dat wordt ook een motief na 23.Txe3 bxc4 maar daar kan wit verdedigen met 24.Kf2 T8d2+ 25.Td2.
23.Kxe3? Te1+ 24.Kf4 Tf1+ 25.Kxg4 Txf7
Met kwaliteitswinst.
26.Pe5 Tg8+?!
Die toren stond beter op de d-lijn, op d2 bijvoorbeeld! Beter was, zoals Grooten aangaf, 26…Pxe5+ 27.Txe5 Kc7 (of 27…Kb7) 28.Pf3 (28.Txc5+ Kb6 29.b4 Td2 -/+) 28…Kd6 met al bijna winnend voordeel voor zwart.
27.Kh3 Pxe5 28.Txe5 Kd7
Het was solider om de koning naar b6 te spelen.
29.Txc5 a6 30.Pf3 Kd6 31.Th5 Tfg7?!
Geeft ook de f-lijn op – echt een mysterieuze torenzet.
32.Pe5 Tf8 33.Pd3 Tf1 34.a4 Td1 35.Pf2 Td5 36.Th6+ Tg6 37.Txh7 bxa4 38.Th4 Kd7

39.Pe4??
Zonde – Geurink had zich helemaal teruggevochten in de partij. Na 39.Txa4 Tb6 40.g4 Txb2 41.Pe4 had wit nog alle kans op remise.
39…Tb6
Maar nu wordt de gespaarde a-pion een nagel aan wits doodskist.
40.c4 Ta5 41.c5 Txb2 42.Th5 Tab5 43.Pc3 a3 44.Pxb5 axb5 45.Th8

45…Tb4! 0-1